Dat is carnaval!

Carnaval, een woord dat ik mijn hele leven, elk jaar weer bij me draag. Een magisch woord. Een woord waar ik blij van word zo gauw ik het hoor. Vroeger toen ik nog een klein kind was, en wanneer ik het woord carnaval hoorde, kwamen die grote carnavalswagens in gedachten weer voorbij rijden. Wat was het elk jaar, als klein kind, toch weer geweldig om met carnaval tussen beide ouders in te lopen als clown of smurf. Tussenin, hand in hand lopend naar de carnavalsoptocht. We woonden toen aan de Molenstraat dus heel ver lopen was het niet. Destijds stonden mijn ouders altijd op een oplegger van een vrachtwagen tegenover hotel Smit.  Deze oplegger was vergaard door de zwemclub. Ik stond dan tussen de 'grote mensen' kijkend tussen de spleten van de houten afrastering. Meters hoge carnavalswagens kwamen voorbij rijden en telkens als er een wagen langs kwam werd er confetti weg geschoten, zoveel, dat het leek alsof het plots was gaan sneeuwen in Losser. De administratie van de zwemclub lag dan letterlijk en figuurlijk 'op straat.' Wanneer de optocht voorbij was speelde ik met de confetti alsof het sneeuw was, wat een lol. Ik kan me trouwens niet herinneren dat het me gelukt is om een sneeuwpop te maken.      

                    

 

 

 

 

 

 

Later in de pubertijd keek ik anders tegen carnaval aan. Misschien omdat we in de tussentijd naar Overdinkel zijn verhuisd. Op de één of andere manier beleef je het carnaval dan toch minder intens. Ondanks Overdinkel een geweldige carnavalsvereniging heeft. Ik begon die schreeuwende ouwe lullen op een oplegger maar raar te vinden en ging liever achter de Playstation  zitten met een kameraad.  Ik vond het destijds ook raar dat pa en ma ineens van god los waren. Een keer kan ik me herinneren, toen ik een jaartje of 15 was, dat ik die middag toch mee was gegaan om naar de optocht te kijken met de familie. Wachten, optocht kijken, feestje bij Hotel Smit, polonaise, appelsapje en naar huis. Onze fietsen stonden bij het gemeente huis dus we moesten langs de oude apotheek waar ook enkele fietsen stonden. In plaats van dat pa bij Hotel Smit nog even snel naar de wc ging, haalde hij een politie paar in, ging tegen een willekeurige fiets staan, klikte de fietstas open, ritste zijn gulp los en gebruikte vervolgens de fietstas als urinoir.  Het politie paar keek elkaar verbaasd aan en wisten eigenlijk niet goed wat ze moesten doen. Dus vroeg de mannelijke politie: 'uh meneer, wat bent u aan het doen'? 'Dat zie'j toch plass'n? Of mag ik ok al nie meer teeg'n mien eig'n fiets an plass'n?' De ongelovigheid in de ogen van de politie agent werd nog groter, draaide zich om, nam zijn pet af, krabde zich op zijn hoofd en liep verder. Zonder er nog een woord aan vuil te maken.

Dit moment was zo raar maar tegelijkertijd ook zo grappig dat ik vaak terug denk aan dit moment. Het gevoel van de gekkigheid die ik jaren terug bij carnaval had kwam weer een beetje terug. De jaren die volgden kreeg ik stukje bij beetje weer meer zin aan carnaval. Nu is dit natuurlijk wel een raar moment om carnaval weer 'leuker' te vinden maar op een één of andere manier is het altijd bij gebleven. Misschien heeft het er ook wel mee te maken dat we met vrienden het feesten een beetje hadden uitgevonden. We gingen vele weekenden naar dancing Thijs in Lattrop of naar Markant in Oldenzaal. We kregen als vriendengroep ook meer respect voor een feestje en in het bijzonder het carnaval. Nu waren we zelf ineens schreeuwende wat jongere lullen.

                                                   

Ik werd helemaal gek van carnaval toen we op mijn 18de weer verhuisden van Overdinkel naar Losser. We kwamen weer midden in de carnavals gekte. Weken van tevoren was de nervositeit van dorpsgenoten alweer voelbaar. Hoe kun je daar nou niet in mee gaan? Ik kan wel zeggen dat ik vanaf mijn18de weer elk jaar het onbeschrijfelijke gevoel kreeg zoals ik die in mijn kinderjaren ook heb gehad. Het wekenlang wachten, passages door mijn gedachten die ik heb mee gemaakt met carnaval en het samenzijn met de dorpsgenoten. Want is dat ook niet een beetje carnaval? Samen zijn, het gezellig hebben met elkaar en onmeunig veul lol hebben met elkaar.  Carnaval is een feest waarin je je opa ineens in een Darth Vader pak aan ziet komen lopen. Of je kale overbuurman die ineens bijna geen kleren meer draagt en een hippie kapsel heeft tot aan de knieën. Carnaval is een feest van iedereen. Dat is carnaval. 

Carnaval gaat niet alleen om bier.  Is carnaval ook niet een feest waarin rijk en arm, zwart en wit, klein en groot vervaagd? Het maakt allemaal niet zoveel uit wie je bent en wat je doet. In Venetië lossen ze het bijvoorbeeld met maskers op zodat het niet uitmaakt dat mensen je niet herkennen.  We streven ernaar om tolerant te zijn voor iedereen en alles. Het staat zelfs in onze grondwet. Toch merk ik vaak dat het bewust of onbewust niet altijd gebeurt in de maatschappij. Voor mij is carnaval een ontzettend tolerant feest. Carnaval is misschien wel een goede afspiegeling van de maatschappij van hoe het zou moeten zijn. Het maakt geen donder uit wie je bent of wat je doet. En natuurlijk gebeuren er altijd wel ongeregeldheden tijdens feesten en zeker tijdens carnaval.  Maar de gedachte achter het carnaval is een mooie gedachte en laten we dit jaar dan ook zien hoe tolerant carnaval kan zijn, waar het feest voor bedoeld is.

Ik zelf heb nu ook zoveel meer respect voor carnaval. Ik mocht de afgelopen twee weken met prins Marcel lll de rondgang doen langs verschillende wagenbouwverenigingen. Deze rondgang heb ik samen met een collega van Hallo Losser gedaan. We hebben als Hallo Losser zijnde onze ogen uit gekeken! Wat een ongelofelijke organisatie zit erachter om elk jaar weer een carnavals optocht te bewerkstelligen in ons mooie dorp. En wat een bult enthousiaste vrijwilligers hebben we gezien die avond na avond weer bouwen aan hun geweldige wagen. Iedereen een eigen taak maar allemaal hetzelfde enthousiasme. Carnaval is geen vier dagen, maar een heel jaar. Hoeveel mensen het hele jaar druk zijn om ons vier dagen te vermaken. Vanaf de zomervakantie al tekeningen maken en een thema bedenken. Week na week bouwen aan prachtige wagens waarin hart en ziel worden gelegd. En dan als kers op de taart mee lopen in verschillende carnavalsoptochten van Losser tot Münster tot Oldenzaal. Dit zijn de mensen die van carnaval het mooiste feest maken dat er kan zijn! Dat is carnaval!

Na deze blog, die ik aan de hand van de rondgang schreef, gaan we met Hallo Losser aftellen tot aan carnaval. Dit doen we door middel van elke dag een carnavalsvereniging in de spotlights te zetten. We beginnen hiermee op woensdag 27 januri. De informatie hebben we verkregen door de rondgang en ik wil ook elke vereniging bedanken voor de enthousiaste interviews en de gezellige tijd.

Ik wens iedereen een spetterend carnaval!

Alaaf! 

afbeelding van Niels Bouwhuis

Door: Niels Bouwhuis

Niels Bouwhuis is 28 jaar en woonachtig in Losser. Begeleider Losserhof, carnavalist, toneelspeuler.